U bent hier
Alle belastingplichtigen fraudeurs?
De regering deelt mee dat ze het verbod om een fiscaal dossier in te kijken tijdens het fiscaal onderzoek, zal inperken zoals in het strafrecht. Dit compromis bevestigt des te meer dat de regering in de strijd tegen de fiscale fraude de mensenrechten en grondrechten van de belastingplichtigen miskent.
Van de belastingplichtige wordt verwacht dat hij in het kader van een fiscaal onderzoek meewerkt met de fiscus. Doet hij dat niet, dan staan daar administratieve boetes op en kan de fiscus een ambtshalve aanslag vestigen. De regering gaat volgens Vice-eerste minister, Van Quickenborne, nu akkoord dat het fiscaal onderzoek op gelijke sporen zal worden gezet met het strafonderzoek, wat de beperkingen tot inzage van het fiscaal dossier betreft. De woorden van professor Maus (HLN 27/8) ‘dat met al deze wijzigingen […] ons land gewoon een fiscale politiestaat wordt’ zijn nog niet koud of de regering bevestigt ze. Het strafonderzoek is immers in principe geheim. Pas ten vroegste een maand na de inverdenkingstelling, het instellen van de strafvordering of de burgerlijke partijstelling kan men dit inzagerecht uitoefenen. In praktijk kan dus pas inzage in een strafrechtelijk dossier verkregen worden nadat een rechter tussenkomst. De onderzoeksrechter kan bovendien de inzage in het strafrechtelijk dossier geheel of gedeeltelijk verbieden.
In de fiscale procedure komt geen rechter tussen, tenzij de belastingplichtige zelf naar de rechtbank stapt. Het akkoord binnen de regering verandert dus niets. Voor deze regering zijn meer en meer de belastingplichtigen fraudeurs tot zij het tegendeel bewijzen. De Belgische staat mag niet verwachten van de belastingplichtigen dat zij meewerken aan een fiscaal onderzoek om tegelijkertijd als criminelen te worden behandeld.
Al eerder lapte de regering in de strijd tegen de fiscale fraude de mensenrechten en de grondwet aan haar voeten. Zij verplicht voortaan handelaars en dienstverrichters zichzelf strafrechtelijk te beschuldigen bij overtreding van het verbod op contante aankopen boven de 3.000 euro. We dienden op 31 mei een wetsvoorstel (nr. 53-2201) in om dit te herstellen. De commissie Financiën schoof de behandeling van het wetsvoorstel op de lange baan door de budgettaire impact te vragen aan het Rekenhof. Het is voor de handliggend dat dit wetsvoorstel geen geld kost. Nu, het Rekenhof dit bevestigt, wordt het tijd dat de commissie Financiën de bespreking aanvat.
Het is nog belangrijker dat de regering het Parlement niet overvalt met wetsontwerpen die de mensenrechten en grondrechten van de mensen flagrant schenden en dat het advies van de Privacycommissie ter beschikking wordt gesteld van het parlement vooraleer de bespreking van een wetsontwerp aanvat.
Beetje bij beetje worden de bevoegdheden van de fiscale ambtenaren uitgebreid. De evolutie van super flic naar super fisc is verontrustend voor iedereen die het goed voorheeft met de rechtsstaat. Onze ambtenaren zijn ook maar mensen en niet alle mensen kunnen even goed omgaan met macht. Bovendien, als het parlement ambtenaren macht geeft, dan is het toch om de macht te gebruiken?